Tips and tricks 45: Citytrip Lausanne – Montreux (deel 1 Lausanne)

Vue sur la Cité, le lac, les Alpes

Naast Knabenschiessen (Knabenschiessen is een traditionele schietwedstrijd in Zürich, die elk jaar in het tweede weekend van september wordt gehouden. Het festival, voor het eerst officieel gehouden in 1889, is een van de oudste in Zwitserland en dateert uit de 17e eeuw. Wikipedia) houden ze er hier in kanton Zürich nog een andere feestdag op na nl. Sechseläuten (De Sechseläuten is een traditionele lentevakantie in de Zwitserse stad Zürich, gevierd in zijn huidige vorm, meestal op de 3e maandag van april, sinds het begin van de 20e eeuw. Wikipedia)

Terwijl ze tijdens de eerste feestdag dus niet met jongetjes schieten maar jongetjes laten schieten, wordt er tijdens de tweede feestdag een soort ontvlambare sneeuwpop in brand gestoken. Volgens de legende is het zomerweer afhankelijk van hoelang het duurt voor de Böög (sneeuwpop) ontploft.

Böögg

Natuurlijk kunnen of konden beide feesten door Covid niet echt doorgaan maar gelukkig hebben de schoolgaande kinderen en de meeste werknemers uit kanton Zürich toch een halve of volledige dag vrijaf. Gust en Julia moeten dus maandag 19 april niet naar school en Pieter krijgt een halve dag vrij. Jullie kunnen het al raden, ik moest niet lang nadenken toen ik de rode stip in onze agenda zag blinken. Een weekendje weg misschien? YOLO, (aan de generatie 60+: You Only Live Once, want ik zag ons moederke haar wenkbrauwen al fronsen) dus waarom niet?

Ik bekeek onze landkaart van Zwitserland en bedacht dat we de lege plaatsjes op de kaart misschien maar eens moeten opvullen. In Kanton Uri, Solothurn, Neuchâtel en Genève zijn we nog niet geweest en de kantons Walais en Vaud bezochten we nog maar voor een klein stukje. Dus nog uitstapjes genoeg op de planning.

Het meer van Genève, daar waren we nog niet geweest (Het Meer van Genève, Frans: Lac Léman of Lac de Genève, Arpitaans: Lèman, is een groot meer op de grens tussen Zwitserland in het noorden en Frankrijk in het zuiden. Het heeft een oppervlakte van 584 km² en is maximaal 310 m diep. Wikipedia) Vanuit Zürich toch een goed 2,5 uur rijden dus voor een daguitstap minder geschikt. Via een bevriend Belgisch koppel hier kreeg ik de tip om de stad Lausanne zeker eens te bezoeken. Ok, het begon te kriebelen en het weekendje weg begon stilletjes aan vorm te krijgen.

Links onder zie je het meer van Genève en de steden Lausanne, Montreux, en Genève. Ook Chateau de Chillon (tips and tricks 46) kan je op dit kaartje terugvinden.

Als uitvalsbasis koos ik de stad Lausanne (Lausanne, de hoofdstad van het Zwitserse kanton Vaud, ligt in het Franstalige deel van Zwitserland, aan het Meer van Genève. Het is de vierde grootste stad van Zwitserland. De stad ligt op 495 m hoogte, in een wijnstreek, en herbergt een van de mooiste gotische kerken van Zwitserland. Wikipedia.) Op zaterdagochtend vertrokken we al om 7.30 uur vanuit Thalwil. Ons ontbijtje, de avond voordien klaargemaakt door Gust en Julia, verorberden we onderweg in de auto. Om precies 10 uur stonden we geparkeerd in de ondergrondse parkeergarage aan het station van Lausanne. Van daaruit vertrok de stadswandeling die ik online terugvond. De wandeling van een 3-tal kilometer brengt je langs de mooiste bezienswaardigheden van het oude stadsgedeelte. Opgelet, kuiten vooraf beter insmeren want er wordt in Lausanne nogal geklommen. En alsof het klimmen alleen nog niet genoeg was, besloten we ook nog eens de toren van de prachtige kathedraal Notre-Dame te beklimmen. Mijn quadriceps hebben het geweten! Dan denk je dat je ondertussen al wat getraind bent, uhu!

De kathedraal is niet alleen mooi maar het beklimmen van de toren zorgt voor een prachtig zicht op de 2 stadsdelen van Lausanne. Helemaal onderaan vind je de wijk Ouchy aan het meer zelf. Iets hoger gelegen ligt het oude stadsgedeelte of de wijk Le Flon. Beide stadsdelen zijn verbonden door een metro waardoor je als bewoner je quadriceps niet dagelijks hoeft te trainen of te pijnigen. De stadswandeling hierboven beschreven gaat alleen door Le Flon. Toen we rond 14 uur incheckten in Hotel des Voyageurs, in het hart van de stad, mochten we van de dame aan de balie nog een stadsplannetje ontvangen. Op dat plannetje stonden 2 routes. De rode route gaat ook door het oude stadsgedeelte en is gelijkaardig aan de route die wij volgden en de gele route laat je op een aangename manier wandelen van Le Flon naar Ouchy of het meer dus.

Stadsplan met de rode (city) en gele (lake) route

We waren blij om in de namiddag het rustiger deel van Lausanne te kunnen opzoeken. In het oude stadscentrum werd het behoorlijk druk aangezien ook de bekende winkelketens zich in dat stuk van de stad bevinden. Blij dat we de stadswandeling in de voormiddag of kort na de middag konden doen. We wandelden via de gele route naar beneden en hielden een lange pauze aan een groot speelplein in stadspark ‘Place de Milan’. Steden bezoeken is voor kinderen niet altijd een topattractie al kunnen we eigenlijk niet echt klagen maar toen Julia het speelplein zag, begonnen de oogjes toch wel te blinken. Pieter en ikzelf waren eerlijk gezegd ook blij om even de benen en onderrug wat rust te bezorgen. Dus iedereen weer tevreden.

Na nog een kilometer of 2 dalen, bereikten we eindelijk het meer van Genève. De bergketen aan de overkant aan de Franse grens verstopte zich jammergenoeg wat achter een mist. Maar de rust overviel ons en met ons 4 genoten we van een wandeling langs de Quai de Belgique (toevallig he) met het zonnetje op onze snoet. Een ijsje mocht hier niet ontbreken. Tip: de lekkerste ijs ever eet je nabij het haventje bij Glaces Veneta. Ongelooflijk hoeveel nieuwe en traditionele smaken ze te bieden hebben. Aan de rij wachtenden te zien, wisten we al dat we geen verkeerde keuze gemaakt hadden. De caramel salé of chocolat salé, latte macchiato en meringue double crème kunnen wij alvast aanraden.

Behoorlijk moe maar heel tevreden namen we de metro terug richting het oude stadsgedeelte waar ons hotel zich bevond. We fristen ons even op en installeerden onze pyjama onder ons hoofdkussen 😉 Voor de zon zou ondergaan wilden we onze avondactiviteit nog bereiken. En hier hadden we echt naar uitgekeken. Die avond zouden we frietjes eten bij een Belgische friturist ‘Belga‘. Belga werd opgericht door 2 Waalse vrienden die in 2016 in Zwitserland terecht kwamen. Frikandel, bitterballen, kipcorn, een kaas- of garnaalkroketje… mmmm, het water kwam ons al in de mond bij het bekijken van de website. En of ze smaakten! We vonden gelukkig een bankje met tafeltje in het park net boven de frituur (aan een universiteit of hoge school vermoeden we). Want door Covid was het nog steeds niet mogelijk om de frietjes ergens gezellig binnen te kunnen eten. Maar dit pakken ze ons niet meer af: Belgische frietjes smikkelen met zicht op de Notre-Dame kathedraal en het meer van Genève tijdens een ondergaande avondzon. Zeg nu zelf… het beste uit 2 werelden!

Met meer dan 20 000 stappen op onze teller vielen we die avond behoorlijk snel in slaap.

Nog een kleine tip: bij het hotel kregen we 2 voordelen. Enerzijds een halve prijs kaart voor parking du Centre. Daar konden we de auto tijdens de nacht ook gratis laden aan de Tesla Destination Charger. Het hotel ligt midden in het centrum waardoor je 500 meter verder moet parkeren in een openbare parking. Als je maar 1 of 2 nachtjes blijft, is dat qua bagage geen probleem normaal. Het 2de voordeel was een soort Traveller Pass waarmee we gratis de tram of bus konden nemen in Lausanne en bij het bezoeken van de meeste musea (als ook de kathedraal) korting kregen. Mooi meegenomen dus.

Tips and tricks 44: Thurgauer Rundwanderweg (Romanshorn – Kesswil)

De Bodensee, daar waren we in de zomer van 2019 al op doorreis naar Oostenrijk. We logeerden toen 2 nachten in Friedrichshafen en bezochten Konstanz, Mainou, Lindau en Friedrichshafen zelf. De Bodensee grenst aan 3 landen: Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland. Deze keer bevonden we ons aan de overkant van Friedrichshafen, nl. Romanshorn. Vanuit Romanshorn kan je de overzetboot (met auto) naar Friedrichshafen (of omgekeerd) nemen. Dat willen we zeker nog een keertje doen wanneer alle grenzen weer normaal geopend zijn.

Het vertrekpunt van de wandeling is het station van Romanshorn waar je verschillende parkeermogelijkheden vindt. Direct aan het station grenst de haven van Romanshorn van waar de tocht effectief start.

Je wandelt langs het haventje en de Bodensee tot je aan het Seebad komt en niet meer verder kan langs het water. Daarna wandel je een stukje langs een betonnen pad met aan de ene kant de spoorweg en de andere kant de charmante huisjes die uitkijken op de Bodensee. Niks leuker dan even binnenpiepen in de tuinen van deze villa’s (gewoon gezonde interesse noem ik dat hoor).

In Uttwil kan je terug rechts afslaan en verder wandelen langs de Bodensee. Eerlijk, ik voelde me precies op een Caraïbisch eiland. Blauwe lucht, helblauw water, strandjes en uberschattige vissershuisjes. Sorry, ik kon het niet laten en fotografeerde ze bijna allemaal.

Onderweg kom je hier en daar wat take away kraampjes tegen en zelfs een camping waar je je innerlijke zelve even kan verrijken. Tijdens de zomer kan je ook stoppen bij het Seebad van Romanshorn dat volgens de kinderen absoluut een bezoekje waard lijkt.

Wij stapten een 8-tal kilometer tot in Kesswil. Daar namen we de trein (5 min. verwijderd van het wandelpad) terug naar Romanshorn waar onze auto geparkeerd stond. Even wel een kleine noot bij het nemen van die trein. De trein stopt niet automatisch in het station van Kesswil en dus moet je op de stopknop in het station drukken. Dat hadden wij net iets te laat door en dus zoefde de eerste trein netjes aan onze neus voorbij. Ook op de trein moet je op de stopknop drukken (een beetje zoals in een bus of tram) wanneer je bij het volgende station de trein wil verlaten. We vermoeden dat dit niet nodig is in het hoofdstation Romanshorn maar voor de zekerheid drukten we toch maar. Iets van een ezel…

De eigenlijke wandeling liep nog verder tot in Altnau (1 van de 15 etappes van de Thurgauer Rundwanderweg) maar uiteindelijk kies je zelf tot waar je wil stappen natuurlijk. Romanshorn – Altnau is 12 kilometer lang en opnieuw kan je dan vanuit het station van Altnau de trein terug nemen. Of wie een kortere wandeling wil (bv met kleinere kinderen) kan reeds in Uttwil stoppen of te voet terugkeren. Dat is eigenlijk het fijne aan dit wandelpad. Ofwel wandel je een lang stuk en keer je terug met de trein of je wandelt een korter stuk en keert langs hetzelfde pad gewoon terug. Onderweg kom je ook een 2-tal speelpleintjes tegen wat misschien fijn is voor het jonge volkje.

Zeker nog veel mogelijkheden hier. Zo willen we heel graag nog 1 of meerdere etapes van de Thurgauer Rundwanderweg uitproberen of misschien de Apfelweg in Altnau. Een andere optie is het huren van fietsen aan het station van Romanshorn en langs de Bodensee (heerlijk plat) fietsen. Voor mensen die graag kamperen met tent, mobilhome of liever een stacaravan huren zijn er zeker ook verschillende mogelijkheden. Campingplatz Buchen kwamen wij onderweg tegen. Het pad waar wij wandelden is deels ook een rolschaatspad dus ideaal voor de wieltjesmensen onder ons.

Best dat wij onlangs besloten om nog wat langer in die Schweiz te blijven want ik voel het al, we hebben het hier zeker nog niet allemaal gezien.

Tips and tricks 43: Zürich Chocolate Tour

De ideale manier om de mooiste straatjes, steegjes, kerken, shops en plaatsjes in Zürich city te ontdekken. Aan alle chocoladeverslaafde vriendjes of vriendinnetjes van mij (en ik weet dat het er veel zijn, ohja), be my guest tijdens je volgende bezoekje. Ik zal je met veel plezier en enthousiasme rondleiden.

De ingenomen calorietjes werk je netjes terug af want tijdens deze citytrip wandel je toch wel een goeie 5 kilometer.

Wij namen van thuis een blikken voorraaddoos mee (thank you Jules Destroopere en moederke lief om de voorraad Belgische ‘lukken’ hierheen te brengen) om de winkels kosten en energie voor het inpakwerk te besparen. Gust en Julia kregen als opdracht om alle chocoladewinkels te zoeken en mochten in elke winkel 1 praline uitkiezen. We merkten dat de meeste winkels geen problemen hebben met het kopen van slechts 2 pralines alleen is het tijdens coronatijden soms wat vervelend als je maar met 4 de winkel mag betreden en er buiten een naar chocolade smachtende rij staat aan te schuiven.

Het idee van deze trip heb ik niet zelf bedacht. Je hoeft het warme water niet steeds opnieuw te willen uitvinden denk ik dan bij mezelf. Tania, de number one blogster hier in Zwitserland en mijn grootste inspiratiebron had deze trip al uitgeschreven op haar blog (in het Engels wel).

  1. Wij zijn onze chocoladetoer gestart nabij Zürich Hauptbahnhof. Al heel snel bereik je Bäckerei Confiserie Bachmann in de Bahnhofstrasse (hoofdwinkelstraat van Zürich). Bachmann is een bakkerij uit Luzern vooral gekend om zijn broodjes en taartjes. In Zürich deelt de winkel zijn gebouw met chocolatier Lindt. De winkel is een bezoekje waard door zijn chocoladetrap en chocolademuur. Wat je zeker moet uitproberen zijn de pralines gepresenteerd op gouden vleugeltjes. Volgens Julia ‘veeeeeeel te lekker’!

2a. De tweede stop die we maakten bevindt zich iets verder in de winkelstraat, al moet je even een klein insprongetje maken. Globus, een department store om U tegen te zeggen. Sowieso het bezoeken waard en dan vooral de benedenverdieping met lekkere en verrassende specialiteiten. Een foodlover komt hier absoluut aan zijn trekken. En uiteraard tref je er ook de chocoladeafdeling aan. Losse pralines vind je niet meteen terug maar hier gingen we voor de verpakte pralines van Venchi, het Italiaanse chocolademerk sinds 1878. Grote en aantrekkelijke glazen bokalen gevuld met heerlijke, fijne Italiaanse chocolade. Mmmmmm. Ik voelde me een beetje een kleuter in een snoepwinkel.

2b. De derde stop die we maakten bevindt zich nog wat verder in de Bahnhofstrasse (eigenlijk de Seidengasse) en is een beetje een gelijkaardig verhaal als Globus. Jelmoli is ook een fancy department store waar je zeker eens moet passeren en opnieuw tref je op de benedenverdieping de food afdeling. Hier hebben we niks gekocht maar komen we heel graag eens lekker rondneuzen. Vergeet zeker ook niet eens binnen te gluren in het authentieke kaaswinkeltje op de benedenverdieping. Opnieuw… foodlovers, ga uw gang.

3. Iets voorbij Jelmoli maakt de winkelstraat een soort splitsing. In de Rennweg vind je confiserie en tea-room Honold. Honold is blijkbaar bekend om zijn Shoggi tram die jaarlijks eind oktober voor een week of 2 de Zürichse tramsporen onveilig maakt. Tijdens een tochtje met de tram ontdek je niet alleen mooie plaatsjes maar kan je ook genieten van hun bekende warme chocolademelk vergezeld van lekkere pralines. Zelf konden wij dit nog niet uitproberen door Covid maar misschien een vinkje voor op onze to do. Ik ken er 2 die geen neen zullen zeggen.

4. Door de smalle straatjes van Zürich slenterden we verder richting Vanini Swiss Chocolate 1871 in de Kuttelgasse. Nu en dan was het wat zoeken naar de winkeltjes en al zeker als het iets kleinere zaken waren maar hier kon je onmogelijk aan voorbij lopen. Een rij van minstens 30 wachtenden leidde ons richting Vanini. Tijdens mooie lentedagen blijkbaar adres nr. 1 voor een heerlijk ijsje. We hebben deze trekpleister aan ons laten voorbij gaan maar keren ooit nog eens terug om hun ijsjes uit te proberen.

8. Wij hebben de volgorde van de nummertjes zoals je op het plannetje kan terugvinden niet gevolgd omdat die weg ons minder logisch leek. Eerst bezochten we alle chocoladeshops aan de ene kant van de Limmat, daarna staken we over via een brug en liepen we zo langs de andere kant van de rivier. Daarom ga ik hier even verder met nummer 8, Max Chocolatier. Alleen hadden we een beetje pech want Max was niet geopend. Het kleine winkeltje vind je in de Schlüsselgasse. Zeker als het pand gesloten is, moet je je ogen goed open houden om het kleine winkeltje niet voorbij te lopen. Blijkbaar is Max niet zomaar een chocoladewinkeltje maar een ware ontdekking van geuren en smaken met gepersonaliseerde pralines. Je kan er ook een chocolade-abo kopen en op die manier elke maand 1 of meerdere pralines toegestuurd krijgen. Misschien wel een leuk cadeauideetje? Ik vond het persoonlijk niet zo erg dat het winkeltje gesloten was. Ik ben niet helemaal overtuigd of ze het hier zo charmant zouden vinden dat 2 kinderen 2 pralines komen kopen. Nuja, misschien is dat gewoon mijn idee?

9. Nummer 9 leidde ons naar nog een chocoladewinkel van dergelijk kaliber als Max. Ook chocolatier Dieter Meier was gesloten maar aan het pand te zien is dit geen 13 in een dozijn chocoladewinkel. Blijkbaar hebben ze hier maar 6 tot 8 soorten pralines per seizoen. Na enkele weken of maanden komt er dan een nieuwe selectie. Ook hier zou het me misschien wat moed vragen om binnen te stappen al denk ik dat de meeste winkeliers eigenlijk gewoon heel blij zouden zijn om hun chocoladeverhaal te mogen vertellen. Ooit waag ik het wel eens…

10. Nummertje 10 is een specialleke. Bij de eerste aanblik van chocoladewinkel Teuscher in de Storchengasse wist ik niet zeker of het een bloemenwinkel of een chocoladeshop was of iets tussen beide. Het heeft iets kitscherigs en gezelligs tegelijkertijd. Toch wel zeker de moeite om eens binnen te wandelen. Van de prijzen val je dan weer wat achterover. Een geschenkdoosje pralines voor CHF 79. Ok, tuurlijk, geef mij er anders maar 2 (uhum!!!). Gust koos voor een melkchocolade eendje. ‘Volle melk, volledig gevuld’, riep de vrolijke dame nog. Ok, dat hebben we dan ook weer gevoeld aan de volle prijs. Ah, voor 1 keertje. Hopelijk smaakt het eendje hem.

11. Nummertje 11 is geen onbekende meer voor ons. Sprüngli, met verschillende vestigingen in en rond Zürich city, is een beetje de place to be. En dan niet alleen voor de chocolade maar vooral voor de macarons, Luxemburgerli. Je kan kiezen uit verschillende lekkere smaken zoals chocolade, caramel, hazelnoot, aardbei, pistache,… en je eigen assortiment samenstellen of een voorverpakt doosje kopen. Ook deze winkel is een bezoekje waard en binnenlopen zonder te kopen is absoluut geen probleem. Genieten maar! Ohja, wij bezochten de vestiging op de Paradeplatz.

6. We staken via 1 van de vele brugjes over de Limat door naar de overkant van de rivier op zoek naar de laatste 3 chocolade-ervaringen. Nummertje 6 is een prachtige zaak, Schwarzenbach, gelegen in de Münstergasse. We liepen er al vaak voorbij en bij de etalage staan we dan even stil om te genieten van de vele specerijen en specialiteiten. Links bevindt zich de chocoladezaak. Je mocht de zaak maar met 3 klanten tegelijk binnengaan waardoor ik besloot manlief en de kroost de kans te geven. Bij het buitenkomen slikte het grootste exemplaar even en hoopte luidop dat het dan maar best lekkere pralines zullen zijn. CHF3 per stuk, het is maar dat je het weet.

7. Aan de overkant van de straat zit nog een pareltje verstopt, Conditorei Schober. Een prachtig klein maar uiterst charmant winkeltje waar je in niet-coronatijden kan genieten van een kopje koffie of chocolademelk met een assortiment pralines of 1 van hun heerlijke taartjes. Ok, checklist!!! (Ondertussen hebben we dit kunnen uitproberen en kan ik alleen maar aanraden om tijdens een bezoek aan Zürich hier halt te houden. Koffie, taartje, pralines, warme chocolademelk en zelfs de ijsjes zijn superlekker volgens ijsjeskenner Julia). De winkel ging bijna sluiten (op zaterdag om 17 uur) maar de vriendelijke verkoopster, in charmante outfit waarin je je in 1842 waant, liet ons nog snel binnen. Opnieuw een mini assortiment pralines maar dat ze lekker waren dat kon ik beamen. Ik mocht er eentje kiezen van Julia en ging voor de mango-praline. Als mango verslaafde (niet alleen het fruit op zich maar ook het sap, de yoghurt, mangotaart, mangomilkshake, mangomousse,… en ga zo maar verder) was ik helemaal in mijn nopjes. Voor mij misschien het mooiste winkeltje van het lijstje.

5. En om het lijstje af te sluiten wandelden we nog een stukje verder naar de Niederdorfstrasse naar Berg und Tal. Hier een totaal andere ervaring dan de andere zaken waar we vandaag voorbij kwamen. Bij Berg und Tal koop je niet echt losse pralines maar de winkel is een speciaalzaak met allerlei lekkernijen. Ambachtelijke koekjes, specerijen, rookworsten, thee, koffie en zelfs wat decospullen. Zeker een bezoekje waard en binnenwandelen kan zonder problemen. We kochten er een tabletje chocolade in plaats van losse pralines en sloten zo de dag tevreden af.

We namen de trein terug richting Thalwil na een fijne namiddag. Niet alleen een zoektocht maar ook een stadswandeling en vooral gewoon een heel fijne ontdekking.

De blikken doos werd thuis netjes uitgestald en smachtend keken we uit naar de proeverij later op de avond na het avondmaal.

Tips and tricks 42: Chriesiwäg

Hmmm, het traditionele weekendje in Haspengauw met mijn familie. Wandelen tussen de bloesems, kindjes die vrolijk lachen en giechelen onderweg, familiefotoshoots op de mooiste plekjes… Deze herinneringen pieken op een paasdag als vandaag net iets meer. Geen paaseitjes zoeken in de tuin van oma dit jaar. Weeral niet. En dat heeft niks met onze verhuis naar Zwitserland te maken. Al 2 jaar op rij kunnen we Zwitserland niet uit tijdens de paasperiode.

We laten het natuurlijk niet helemaal aan ons hartje komen en proberen er zoals steeds het beste van te maken. Bij het vroege ochtendgloren werden er paaseitjes gezocht (al telefoneerde de paashaas gisteren met Pieter om te melden dat hij dit jaar iets later zou zijn dan normaal. Kwestie van niet al om 6 uur met dolgedraaide kindertjes op een Zürichs terras paaseieren te lopen zoeken). In België maakten we meermaals mee dat wij al vrolijk gezocht hadden en van een paasontbijt aan het smullen waren terwijl de buurman zijn eitjes nog aan het verstoppen was. ‘Even de gordijntjes toe, kindjes!’ En dat zelfs op een regenachtige paasochtend.

We genoten van het ontbijt en maakten de herinneringen aan Pasen met de familie dan maar levendig door verhaaltjes op te halen. Weet je nog toen…? Ohja, en toen…!

Het zonnetje scheen volop vanmorgen en op mijn to do lijstje stond een ideale uitstap voor vandaag. De Chriesliwäg in kanton Aargau. Chriesli betekent kers. In het voorjaar kan je tijdens deze uitgestippelde wandeling tussen de bloesems kuieren. Tijdens de oogst van de kersen mag je bij bepaalde bomen vrij plukken en her en der staan tijdens de wandeling kraampjes die heerlijke en verse kersen verkopen. We komen dus nog een keertje terug, dat staat nu al vast.

We parkeerden de wagen aan het station van Frick. Recht tegenover het station staat de eerste wegwijzer. Je stapt eerst langs de spoorweg tot aan de echte start van de wandeling. Eigenlijk kan en wil ik hier niet veel meer over vertellen maar wil ik jullie het liefste laten meegenieten aan de hand van de foto’s . En ohja, dit is maar een selectie foto’s. Had ik nog een fototoestel met rolletjes dan gebruikte ik vandaag zeker meer dan 1 filmrolletje.

De wandeling zelf is slechts 5 km lang. Het stukje van en naar het station telt nog voor 1 exta kilometer. Onderweg kan je kiezen om een stukje bij te doen. Dan wandel je in totaal 9 km. De wandeling is opnieuw Zwitsers plat al voelden die kuitjes toch wat gespannen aan. Misschien ligt het aan het feit dat we al enkele dagen na elkaar aan het wandelen gingen.

Maar ik blijf erbij, bloesems geven je hoop, doen je verlangen naar de lente of doen je zelfs al even dromen van een heerlijke zomer. Ik weet het zeker, ik hou van bloesems. En misschien kan ik op een dag de familie meenemen naar de Zwitserse bloesems?

Tips and tricks 41: Panoramaweg Sihlsee

Toegegeven, winters Zwitserland is mooi. En wit, dit jaar heel erg wit zelfs. Maar nu heb ik het gehad. Voor mij mogen de skikleren, de winterwandelschoenen, de sleetjes en het thermisch ondergoed even naar ons keldertje verdwijnen. Deze week konden we 100% genieten van het lentegevoel. Niet alleen de temperaturen waren dik ok maar overal zie je narcissen, kersenbloemens en eindelijk… blaadjes aan de bomen ontpoppen. Al vrees ik dat ik mijn winterwandelschoenen best nog niet te ver wegstop als ik het weerbericht voor de komende week bekijk.

Maar vandaag dus ideaal wandelweer, 4 dagen Osterferien voor de mini’s en de maxi en veel goesting om er weer in te vliegen. Alleen is het op dit moment van het jaar niet zo eenvoudig om geschikte wandelingen te vinden. Op de hogere bergen vind je nog sneeuw maar deze sneeuw is niet meer zo ideaal om te wandelen. Op de zonnige kanten van de berg is de sneeuw veranderd in een soort moes wat absoluut niet aangenaam is om in te wandelen.

Daarnaast moet je ook rekening houden met de winterstop van vele kabelliften. Het winterseizoen van de kabelliften is ongeveer van half december tot eind maart en het zomerseizoen start rond begin of half mei tot eind oktober. Dat wil zeggen dat je telkens een goeie maand tussen beide seizoenen hebt waarin de liftjes niet werken. Er gebeurt dan ook een halfjaarlijks onderhoud. Op dit moment is het dus niet zo eenvoudig om een geschikte wandeling te vinden en vraagt een uitstap zeker voldoende voorbereiding.

Maar ik zocht en ik vond: Panoramaweg Sihlsee. De wandeling start in Einsiedeln waar we al eerder waren en waar je het prachtige klooster met de Zwarte Madonna kan bezichtigen. Dat alleen al is een uitstapje waard maar als je er dan nog een heerlijke lentewandeling aan kan koppelen is dat helemaal ideaal.

De panoramawandeling is 9,4 km lang en valt in de categorie lichte wandelingen. Je stijgt en daalt ongeveer 145 m. Voor ons ondertussen een ‘platte’ wandeling. De wandeling start in het centrum van Einsiedeln. Parkeren kan op meerdere plaatsen maar wij kiezen meestal voor de ondergrondse parking ‘Parkhäuser Brüel’. Van aan de parking wandel je tot aan het klooster, door de binnenplaats van het klooster naar de start van de wandeling. Je kan het klooster zelf voor of na de wandeling bezoeken volgens je eigen voorkeur. We volgden de duidelijk omschreven bordjes met daarop een gele sticker ‘Panoramaweg Sihlsee’.

De wandeling start met een klimmetje maar meteen ben je ook overdonderd door het mooie zicht op de Sihlsee en de besneeuwde bergen in de verte. Vergeet zeker niet even een kleine aftakking te maken naar het uitzichtspunt ‘Vogelherd’ van waar je prachtige vergezichten hebt.

Vanaf Vogelherd daal je terug richting Sihlsee. De Sihlsee is een kunstmatig meer in het Zwitserse kanton Schwyz, nabij de stad Einsiedeln. Het meer is ontstaan ​​door de rivier de Sihl af te dammen en een deel van de bovenste Sihl-vallei te overstromen. Wikipedia 

De wandeling gaat voor een groot stuk langs de Sihlsee tot je aan het strandbad Sihlsee komt. Daar kan je even stoppen voor een versnapering of bij hele warme dagen voor een verfrissend zwemmetje in het meer. Na het strandbad gaat de wandeling verder over een heuvelrug tussen de groene velden. Mijn favoriete stuk van de wandeling. Links zie je het meer met de bergen in de verte en rechts zie je groene velden met grazende koetjes. Zalig om te kunnen genieten van beide tafereeltjes.

Het allerlaatste stuk van de wandeling is een beetje teleurstellend. Nadat je een drukkere weg via een ondergrondse tunnel hebt overgestoken, wandel je meer tussen de huizen van Einsiedeln. Maar gelukkig heb je op het einde van die weg als mooie afsluiter opnieuw een prachtig zicht op het klooster. Wij sloten af op het speelpleintje voor het klooster waar Julia nog even haar hartje kon ophalen. Die 9,4 km verdiende toch een kleine beloning op het einde vond ze zelf.

Voor mij mag de temperatuur nog wel even zo blijven want ik kijk enorm uit naar onze toekomstige berg- en natuurwandelingen. Ik heb nog zoooooveeeel uitjes op de planning staan dus laat maar komen dat zonneke!

Iets van knopen doorhakken…

Anderhalf jaar geleden besloten we de grote stap te zetten om met het hele gezin naar Zwitserland te verhuizen. Veel slapeloze nachtjes, muizenissen in het hoofd, in cirkeltjes denken en een beetje angst ook wel… beheersten toen mijn leven. Maar ik troostte mezelf met het idee dat we ‘maar’ voor anderhalf jaar zouden verhuizen en dat wanneer het echt zou tegenvallen we op elk moment zouden kunnen terugkeren (dat was de wijze raad van ons tante Nana toen). Ons huisje in Grimbergen bleef trouwens gewoon (leeg) op ons wachten en zelfs mijn auto (eigenlijk al van toen ik jong was mijn droomwagen) stond gewoon in de garage te genieten van een lange winterslaap.

De verhuis is dankzij de verhuisfirma, die geregeld werd door Google, heel goed meegevallen en zeer vlot verlopen. Na 2 weken waren alle verhuisdozen uit onze nieuwe woonst verdwenen en hadden Gust en Julia hun zelfgekozen kamertje helemaal ingericht. We voelden ons snel thuis want uiteindelijk werden onze meubeltjes gewoon in een ander huis geplaatst. Het bleef onze thuis met gezellige hoekjes, kaarsjes en dekentjes.

Gust heeft het zwaar gehad, en wij mee samen met hem natuurlijk. Corona heeft ons niet geholpen al hebben we anderzijds al vaak gedacht dat corona misschien net wel voor een snellere aanpassing heeft gezorgd. Zomaar eventjes naar België gaan zat er gewoon niet in. Dus moest hij wel vooruit en nieuwe vrienden maken. Ondertussen is hij deel van de klas en niet langer ‘de nieuwe die geen Duits verstaat’. Hij brabbelt ondertussen zelfs al gezellig een mondje Zwitsers mee.

De weken en maanden gingen voorbij en al snel voelden we ons hier eigenlijk wel thuis. De bergen en de ongelooflijke mooie natuur werden zelfs een verslaving waar we elk weekend weer naar verlangen. Ik kocht een kaart van Zwitserland en ondertussen werden de ‘reeds bezochte plekjes’ aardig aangevuld (en dankzij nonkel Carl ook netjes op kleur gesorteerd 😉 ).

We wisten dat we na nieuwjaar over 2 zaken goed zouden moeten gaan nadenken.

  1. Zal Gust het middelbaar in België of in Zwitserland starten?
  2. Start ik in september terug op mijn vroegere werk?

Pieter heeft het bij Google nog lang niet gezien en is nog steeds heel erg uitgedaagd door de job. Julia is sinds de verhuis opengebloeid en voelt zich goed in haar kleine schooltje en bij haar super aanvoelende juf. Voor hen was de keuze dan ook snel gemaakt. Maar we zijn steeds blijven praten en elk lid van het gezin bij de keuze blijven betrekken. Maar ook Gust heeft de klik gemaakt en deed vorige week zelfs mee aan een ingangsexamen van het gymnasium hier. Een vrij onmogelijke opdracht gezien de taal maar hij wou er voor gaan. En toen hij vorige week uit zichzelf naar zijn Belgische klasgenoten stuurde dat hij volgend jaar in Zwitserland naar het middelbaar gaat, was voor ons ook duidelijk dat hij er klaar voor is. Wat niet wil zeggen dat hij zijn Musketiers niet mist en ze maar al te graag nog eens in levende lijve zou zien.

Dan bleef alleen nog het stukje ‘werk’ van mij over. En hoezeer ik het dorpsschooltje in Humbeek ook mis (samen met de collega’s, kindertjes en ouders) toch weet ik dat ons hele gezin het hier goed heeft. Voor altijd? Nee, dat kunnen we nu niet zeggen. We leerden ondertussen al dat we geen planners voor het leven zijn maar gaan waar de wind ons heen brengt. En voorop stellen we zeker ieders geluk. Als ik dan ’s morgens, na de ochtendrush, nog even nageniet op het terras, met een kopje koffie in de handen en kijkend naar de bergen en het blauwe meer, dan weet ik dat het goed is zo.

Dus ja, de knoop werd vorige week doorgehakt. Wat we eigenlijk al langer diep van binnen voelden maar niet durfden uit te spreken werd waar. We blijven nog wat langer hier!

Natuurlijk kan vanaf dan ook het praktische van de zaak worden uitgesproken. Wat doen we met het huis in Grimbergen? Wat met mijn auto die nog in de garage staat? En als een rollercoaster schoot alles in een stroomversnelling. Karma zorgde voor de verhuur van het huis en familiebanden voor de verkoop van de wagen. Dat alles op nog geen 3 dagen tijd. Howliepowlie!!!

En ook al zit ik nu terug met vragen, muizenissen, cirkeltjes en misschien wat angst… ik weet dat het goed is zo. Toen we vorig jaar vertrokken, speelde het dochtertje van goede vrienden zo lief en zo goed als ze kon op haar klarinet ‘ik zeg u geen vaarwel mijn vriend…’. Voila, nog steeds blijft het zo, we zeggen geen vaarwel maar tot ziens.

En laat ons hopen dat heel dat coronagedoe nu maar snel wat meer onder controle geraakt zodat we vrienden en familie nog eens goed tegen onzen gilet kunnen trekken of dat we ‘onze’ bergen en meren maar snel met die geliefden kunnen delen. En samen klinken… klinken op de liefde, de vriendschap en het leven!

Tot gauw lieverdjes allemaal!

Tips & tricks 40: Ticino: Ascona / Locarno

Ticino, het zuidelijkste en bijna volledig Italiaanstalige kanton van Zwitserland, stond al eventjes op mijn verlanglijstje. 

Tijdens de eerste lockdown in het voorjaar van 2020 was het kanton volledig afgesloten omdat het grenst aan het, toen heel erg getroffen, noordelijke deel van Italië.  Tijdens de zomermaanden die daarop volgden wilden we de drukte van het geliefde kanton wat vermijden en in de winter is dit niet de meest aanbevolen uitstap. 

Gust en Julia hadden de voorbije 14 dagen ‘Sportferien’ en aangezien ons ondertussen traditionele voorjaarsreisje naar Gran Canaria of een bezoek aan de Belgische familie en vrienden nog steeds niet toegelaten zijn, wilden we toch eventjes ontsnappen aan de dagelijkse sleur.  De sneeuw is prachtig en overweldigend maar de laatste weken had ik wel eventjes genoeg sneeuw gezien en snakte ik naar een normale wandeling zonder geploeter in het witte goedje.  Bovendien waren de weergoden ons tijdens de vakantie zeer goed gezind en lieten temperaturen van 20 graden me nog meer dromen van een voorjaarstripje.  Dus was de keuze snel gemaakt: Locarno / Ascona werden de reisbestemming van onze driedaagse shorttrip.

Ik ging op zoek naar een verblijfplaats.  En omdat we ons nog steeds niet 100% veilig voelen bij het boeken van een hotelkamer ging ik op zoek naar een appartementje waar we onszelf van een coronaproof ontbijt en avondmaal kunnen voorzien.   Al snel vond ik een appartement dat perfect aan onze eisen voldeed: Sasso Boretto Apartments in Ascona.  En als extra pluspuntje heeft het complex een zwembad (alleen te gebruiken door verblijfgasten) en een take away restaurant (met heerlijke pizza’s of course).

De eerste ochtend vertrokken we vrij vroeg vanuit Thalwil en reden we 2,5 uur via de Gotthardtunnel naar Ascona.  Rond 10.30 uur bereikten we ons reisdoel en maakten we een eerste stop bij de tourist office.  Zelf had ik thuis (dankzij de tips van (hevige Locarno fans) schoonbroer en schoonzus Dries en Sofie) de trip al wat voorbereid maar soms is een kaartje of een plannetje toch wel handig. 

We wandelden de eerste dag van Ascona naar Locarno langs de promenade en het haventje van Ascona zelf.  Van daar wandelden we langs het water van de Lago Maggiore verder langs het golfterrein van Ascona.  Daarna even wat langs de binnenlandse straatjes zoeken tot we de voetgangersbrug over de rivier vonden die Ascona en Locarno scheidt.  Na de voetgangersbrug stapten we door langs een glazen promenade naar Piazzo Castello om uiteindelijk het haventje van Locarno te bereiken.  Een ideaal plaatsje (na een toch wel stevige stapper) om te genieten van onze picknick.  En omdat een Italiaans ijsje van een echte gelateria niet mocht ontbreken, maakten we daar ook nog een klein stopje.  Ondertussen genoten we van de zon en het prachtige zicht op het meer en de bootjes in het haventje.

We zetten onze trip verder naar de ‘funecular’ die ons in Orselina naar het beroemdste pelgrimsoord van Italiaans Zwitserland zou brengen: Madonna del Sasso.  In het zonnetje, met uitzicht op de Lago Maggiore, heeft deze kerk wel een zeer idyllische ligging en wordt menig fototoestel door bezoekers uitgehaald (ik beken heel erg schuldig).

Van Orselina namen we de ‘Kruisweg’ naar beneden om in Locarno de bus terug te nemen naar Ascona.  We checkten in bij het appartement.  Een enorm vriendelijke, Italiaanse dame leidde ons rond en tijdens de rondleiding zag ik Gust en Julia heerlijk lonken naar het zwembad.  Het duurde dus niet lang voor we in zwembroek en badjas (het was geen zicht) de lift naar het zwembadcomplex namen.  Met 20 000 stappen op onze tellers kan ik jullie verzekeren dat het zwemmetje meer dan welgekomen was.  Die avond genoten we van een heerlijke, echte Italiaanse pizza en vielen we moe maar heel tevreden in slaap.

Dag twee zijn we gestart met een zelf gemaakt ontbijtje.  We waren op dag 1 nog gestopt in de plaatselijke Coop (Zwitserse supermarkt) om ons te voorzien van allerlei lekkers (vers fruit, verse yoghurt, Tessinbrot, mango/sinaasappelsap,…) en in het appartement konden we gebruik maken van het Nespressotoestel met caps dat door de eigenaars voorzien was.  Toen ik even het idee opperde dat mijn reisgenoten nog konden genieten van een ochtendzwemmetje kreeg ik geen tegenwind.  Ondertussen had ik de tijd om me klaar te maken en de dag nog wat voor te bereiden.  Zalig zo’n me-time momentje.

En wat een dag werd die tweede dag!  We bezochten de Valle Verzasca wat dieper gelegen in het binnenland van Ticino.  Op de website ‘droomplekken.nl‘ wordt ze zelfs beschreven als de mooiste vallei van Europa.  Ik kan het eigenlijk alleen maar beamen en we waren alle 4 toch wel behoorlijk onder de indruk.

We reden met de auto door de vallei en stopten aan de mooiste en meest idyllische plaatsjes onderweg.  Onze eerste stop was de stuwdam Contra Dam (De Contra Dam, algemeen bekend als de Verzasca Dam en de Locarno Dam, is een boogdam aan de Verzasca-rivier in de Val Verzasca van Ticino, Zwitserland. De dam vormt het Lago di Vogorno 2 km stroomopwaarts van het Lago Maggiore en ondersteunt de 105 MW waterkrachtcentrale Verzasca. Wikipedia).  De dam is ook bekend uit de 007 film ‘GoldenEye’

Tijdens de zomermaanden kan je van de dam bungeejumpen zoals een echte James Bond.  Op de dam wandelen was voor ons al spannend genoeg 😉

We zetten onze trip verder langs de vallei naar het volgende stopplaatsje: Lavertezzo met zijn prachtige ‘Ponte dei Salti‘.  Voor ons de topper van de dag. Het stenen brugje, het turquoisekleurige water, de machtige rotsen, de stenen huisjes… een echt droomplekje.

En omdat het net lunchtijd was, kochten we er in het plaatselijke en authentieke winkeltje een panini met Italiaanse pancetta.   We waanden ons in de Gorges du Verdon in Frankrijk ergens op een warme zomerdag.  Gust ontdekte er de Snickers white en overwoog even om die man zijn voorraad op te kopen met zijn zakgeld.

Na de picknick gingen we terug verder op ontdekkingstocht langs de Valle Verzasca.  We stopten hier en daar nog om te genieten van mooie plaatsjes en uitzichtspunten om uiteindelijk de wagen te parkeren aan het charmante kerkje in Frasco.  Van daaruit startte onze wandeling die ik vooraf had uitgestippeld.  De wandeling ging over de Frasco Ponte (hangbrug) langs de rivier richting het feërieke einddorpje Sonogno.  Sonogno deed ons een beetje denken aan Durbuy in de Ardennen (maar dan tussen hoge bergtoppen).

De terugweg naar huis voert opnieuw langs de Valle Verzasca maar dan in omgekeerde richting waardoor je de bergen of sommige gebouwen vanuit een andere hoek kan bewonderen.

Terug in Ascona genoten we na van een wel heel erg prachtige dag tijdens enkele lengtes in het zwembad. Gust en Julia hadden zelfs na opnieuw een goeie 15 000 stappen nog energie voor enkele bommetjes in het water.

Dag 3 startte een beetje gelijkaardig als dag 2. Na een heerlijk zelf voorzien ontbijtje en de koffietjes gemaakt door dochterlief, ging de kroost nog even plonzen terwijl ik onze laatste dag voorbereidde en ondertussen de valiesjes klaarmaakte voor vertrek.

We reden die dag terug naar Locarno, Orsilina, waar we op dag 1 Madonna del Sasso bezochten. Net boven de kerk is een parking en ook de kassa’s van de Cardada kabelbaan. Die kabellift brengt je van Orsalina naar Cardada (1340m). Er is een passerelbrug van waar je een machtig zicht hebt op Lago Maggiore en de omliggende bergen.

In Cardada zijn ook enkele speeltuintjes waar de kinderen even enthousiast konden genieten. Er is ook een ‘Swing the world‘ schommel die net zoals aan de haven van Ascona prachtige foto’s oplevert.

Vanaf de kabellift in Cardada wandel je zo’n 400 meter naar de zetelliftjes die je naar Cimetta (1671m) brengen van waaruit je het hoogste en het laagste punt van Zwitserland kan zien. Het hoogste punt is de Dufourspitze in kanton Walais (De Dufourspitze is met 4634 meter het hoogste punt van Zwitserland en na de Mont Blanc de op één na hoogste berg in de Alpen en in Europa. Wikipedia) en het laagste punt is Brissago aan de Lago Maggiore vlak bij de Italiaanse grens (Brissago, een klein plaatsje aan de grens met Italië, ligt op het laagste punt van Zwitserland, op slechts 197 m boven de zeespiegel, tussen de oevers van het Lago Maggiore en de steile berghellingen. Wikipedia)

Na genoten te hebben van het ongelooflijke zicht vanuit Cimetta namen we zowel zetellift als kabellift terug naar Orsalina waar de wagen geparkeerd stond. We daalden nog even tot in Locarno om onze prachtige 3-daagse af te sluiten al kuierend langs de promenade van Locarno.

Op terugweg hoorden we achteraan in de wagen wat gesnotter en gesnuif. Er was er eentje wat verdrietig omdat onze leuke en mooie gezinstijd in Ticino ten einde liep. Maar liever zo’n traantjes omdat het plezant was dan kinderen die op de achterbank jubelen omdat ze eindelijk terug naar huis mogen 😉

Tips and tricks 39: Winterwandeling Panorama Höhenweg Pizol

Vandaag voorspelden de lokale weerberichten volle zon maar vriestemperaturen tot -12 graden.

Goed ingepakt vertrokken we vanmorgen na een superlief valentijnsontbijtje gemaakt door hubbymans (die ondanks zijn onnatuurlijke vroege natuur voor dag en dauw uit bed sprong).

We reden naar de Loisstrasse 50 in Bad Ragaz waar de gondelbaan zich bevindt. Op een ruime parking (met 4 plaatsen voor elektrische wagens) konden we de auto achterlaten. We namen een kabelliftje van Matells naar Prodkopf op 1633 meter hoogte. Daar stapten we over op zetelliftjes naar Laufböden (2226 m) van waar de wandeling ook start.

De wandeling vandaag was 4 km lang en heeft een beetje de vorm van een lolly. Een rondje met een stokje aan. Eigenlijk is het een panorama rondweg en het stokje van de lolly is een klein stukje naar de Pizolhütte (2227 m) waar je niet alleen van het mooie uitzicht kan genieten maar ook je innerlijke zelve kan verwarmen met een warme chocolademelk of een braadworst (momenteel coronaproof take away uiteraard). Hieronder kan je de wandeling op kaart bekijken.

Door de toch wel grote hoogte en het stralende mooie weer vandaag was het uitzicht adembenemend. Je steekt precies wat boven de wereld uit en de witte, besneeuwde toppen zijn betoverend.

Vanaf Laufböden is de wandeling goed aangeduid met de gekende roze winterwandelbordjes.

En om toch nog een beetje melig (en toepasselijk) af te sluiten, een kleine boodschap voor hubbymans:

Tips and tricks 38: Halbinsel Au

Vandaag geen ‘ver weg’ wandeling maar een ontzettend mooi plaatsje op een goeie 10 minuten hier vandaan.  Na meer dan 1 jaar in Zürich was ik hier nog steeds niet geraakt. 

Gust ging er vorig schooljaar als afsluiter voor de grote vakantie op ‘Schulreise’ met de klas en Pieter was er tijdens een fietstochtje al eens terecht gekomen.

Au is een dorp in de gemeente Wädenswil in het district Horgen in het kanton Zürich in Zwitserland. Au werd voor het eerst genoemd in het jaar 1130 als «Naglikon» en in 1316 als «Owe» en behoort politiek gezien tot het stedelijk gebied van de zuidoostelijke stad Wädenswil aan het meer van Zürich. Wikipedia

Even verduidelijken, Au is dus een ‘Halbinsel’ of half eiland omdat het toch nog verbonden is aan het vaste land langs de Zürichsee.  Het eiland ligt dus als een soort inham, of beter uitham, in de Zürichsee.  Eigenlijk voelt het alsof je bijna in of over het water loopt. Vanuit Thalwil hoef je maar 2 dorpen verder te rijden langs de Zürichsee om het eiland te bereiken.

Ik zou deze uitstap nu niet meteen aanraden als je maar een beperkte tijd in de omgeving doorbrengt maar als avondwandeling of zondagnamiddag wandeling is deze trip zeker geschikt. 

Je kan van op het eiland ook de ferryboot nemen (of uitstappen op het eiland tijdens een boottocht) maar alleen tijdens het zomerseizoen maakt de boot daar een stopje.

Er is een hotel/restaurant op de heuvelrug, een wijnboerderij, een kasteel met kasteelpark,…  Je kan er een ideale rondwandeling maken van een uurtje ongeveer.  Wij parkeerden onze wagen op een grote parking iets verder langs de Seestrasse in Wädenswill, staken de voetgangersbrug over en wandelden langs het water een stukje terug tot Au.  Dat maakte dat we alles samen een tweetal uurtjes stapten.  Ideaal op deze zonnige maar koude zaterdagnamiddag.

En opnieuw… we will be back one day.

Tips and tricks 37: (winter)wandeling Rigi Kaltbad naar Rigi Scheidegg

Reference: STW0046124 Schweiz. ganz natuerlich. Wintermorgen mit Sicht auf den Rigi Gipfel. Switzerland. get natural. Winter morning with a view of the Rigi peak. Copyright by: Switzerland Tourism – By-Line: swiss-image.ch/Jan Geerk

De Rigi…je kan er niet naast kijken wanneer je door het Zwitserse landschap rijdt. Tijdens onze wandelingen en uitstappen het voorbije jaar, konden we de Rigi al van kilometers ver aanduiden. Dan roepen we meestal gezamelijk: ‘Kijk daar, de Rigi, ik zie het puntje al’. De top van de Rigi (Kulm) kan je zeer goed herkennen aan de mast die boven de berg uitprijkt (zie foto hierboven). Vanuit Luzern, Zug, de wandeling op Seebodenalp en nog vele meer… is er geen ontkomen aan.

De Rigi heet dan ook niet voor niks de Koningin der bergen. Dat is niet alleen door de majestueuze ligging tussen het Vierwaldstedenmeer of door het schitterende uitzicht op de Alpen. Al van in de 18de eeuw werd deze berg bezocht door koningen en koninginnen die zich naar boven lieten dragen. Vanaf de 19de eeuw openden er dan ook verschillende kuurhuizen en mondaine hotels die vandaag nog steeds populaire trekpleisters zijn.

Maar daarvoor waren we dus niet gekomen. Al een tijdje zocht ik uit hoe we de Rigi op de beste manier konden bereiken voor een wandeling. Maar omdat je de berg langs verschillende plaatsen kan bereiken was de uitleg voor ons niet altijd even duidelijk. Ondertussen beginnen we meer namen van dorpen en steden te herkennen en konden we er stilletjes aan een beeld van vormen.

We reden met de wagen naar Weggis (Weggis bezochten we al eens met de boot vanuit Luzern. Het is een charmant dorpje aan het Vierwaldstedenmeer met prachtig uitzicht op de bergen Burgenstock, Stanserhorn,…). Op de voorziene parkeerplaats (RIGI BAHNEN AG, Station Weggis, Rigistrasse 73,6353 Weggis) kan je je wagen achterlaten. Blijf je langer dan 4 uur dan betaal je max. CHF8. Vanuit Weggis neem je de kabelbaan naar Rigi Kaltbad. Een avontuur op zich met uitzicht over het meer, de bergen en de stad Luzern. Wij betaalden met ons Halbtax kaart CHF36 per persoon voor een dagkaart waarmee je alle kabelbaantjes en liftjes op de Rigi kan nemen. Gust en Julia mochten met de Juniorcard gratis meereizen.

Uitzicht tijdens het ritje met de kabelbaan van Weggis naar Rigi Kaltbad.

Aangekomen in Rigi Kaltbad waren we een beetje onder de indruk. Op de berg is precies een half dorp gebouwd met hotels en winkeltjes. Door de coronasituatie was het er bijzonder kalm maar we kunnen ons voorstellen dat dit plekje door toeristen kan platgelopen worden. Je krijgt er meteen een waaier aan mogelijkheden. Vanuit Rigi Kaltbad kan je vertrekken voor verschillende wandelingen, je kan er skiën, met de slee glijden, een tochtje maken met paard en slee,… of naar de welness in de hotels gaan.

Wij besloten de 2 uur (wij deden er ietsje langer over 😉 ) durende wandeling naar Rigi-Scheidegg te maken. Het zou een panoramische wandeling zijn met heel wat uitgestrekte zichten. De wandeling is een goeie 8 kilometer lang waarbij je 358 meter stijgt en 160 meter daalt. Volgens Zwitserse normen is de wandeling ‘gemakkelijk’ maar in de sneeuw kan ik jullie zeggen dat het een pittige wandeling was. Al zou ik ze zeker in de lente nog eens willen overdoen. We hadden behoorlijk zicht maar we hadden pech dat er Saharazand in de lucht hing die een soort grauwe gloed aan de lucht gaf. Tegenover de witte sneeuw was dat soms een gek zicht.

In niet coronatijden nemen de meeste toeristen het tandradtreintje naar het hoogste punt (Rigi Kulm) om van daaruit van de uitzichten te genieten. De mooie panoramawandelingen nemen natuurlijk wat meer tijd maar geven je ook meer kansen om te genieten van de mooie zichten op meer en bergen. Wij waren onder de indruk dat we al heel wat bergen, die we tijdens onze wandeling zagen liggen, beklommen hadden. Goed bezig Couckjes!

Hier zie je de grijze gloed van het Saharazand goed.

Wanneer we Rigi Scheidegg bereikten, genoten we eerst nog van het 360° uitzichtspunt, alvorens het kabelliftje naar beneden te nemen. We planden om het liftje naar Kräbel te nemen en om van daaruit nog het treintje naar het hoogste punt (Rigi Kulm) te nemen om zoals echte toeristen toch eens op het topje gestaan te hebben. Maar omdat het koud en laat werd, zijn we met het treintje naar station Arth-Goldau gereisd om vandaaruit de gewone trein en bus terug naar Weggis te nemen, waar onze auto geparkeerd stond. Het topje doen we dus zeker een volgende keer.

Ik ben heel blij dat we ‘eindelijk’ de Rigi bezocht hebben en ik ben ervan overtuigd dat we er nog wel zullen komen.